Dutch
Detailed Translations for hooggeacht from Dutch to Swedish
hooggeacht:
-
hooggeacht (hooggeëerd)
respekterad; högaktat; högt aktad; högt aktat; väluppskattat; högt uppskattat; respekterat; väluppskattad-
respekterad adj
-
högaktat adj
-
högt aktad adj
-
högt aktat adj
-
väluppskattat adj
-
högt uppskattat adj
-
respekterat adj
-
väluppskattad adj
-
Translation Matrix for hooggeacht:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
högaktat | hooggeacht; hooggeëerd | |
högt aktad | hooggeacht; hooggeëerd | |
högt aktat | hooggeacht; hooggeëerd | |
högt uppskattat | hooggeacht; hooggeëerd | |
respekterad | hooggeacht; hooggeëerd | geacht; gerespecteerd; gewaardeerd; geëerd; geëerde |
respekterat | hooggeacht; hooggeëerd | geacht; gerespecteerd; gewaardeerd; geëerd; geëerde |
väluppskattad | hooggeacht; hooggeëerd | |
väluppskattat | hooggeacht; hooggeëerd |
Related Words for "hooggeacht":
hooggeacht form of hoogachten:
-
hoogachten (respecteren; eerbiedigen; hoogschatten; achten)
Conjugations for hoogachten:
o.t.t.
- acht hoog
- acht hoog
- acht hoog
- achten hoog
- achten hoog
- achten hoog
o.v.t.
- achtte hoog
- achtte hoog
- achtte hoog
- achtten hoog
- achtten hoog
- achtten hoog
v.t.t.
- heb hooggeacht
- hebt hooggeacht
- heeft hooggeacht
- hebben hooggeacht
- hebben hooggeacht
- hebben hooggeacht
v.v.t.
- had hooggeacht
- had hooggeacht
- had hooggeacht
- hadden hooggeacht
- hadden hooggeacht
- hadden hooggeacht
o.t.t.t.
- zal hoogachten
- zult hoogachten
- zal hoogachten
- zullen hoogachten
- zullen hoogachten
- zullen hoogachten
o.v.t.t.
- zou hoogachten
- zou hoogachten
- zou hoogachten
- zouden hoogachten
- zouden hoogachten
- zouden hoogachten
en verder
- ben hooggeacht
- bent hooggeacht
- is hooggeacht
- zijn hooggeacht
- zijn hooggeacht
- zijn hooggeacht
diversen
- acht hoog!
- acht hoog!
- hooggeacht
- hoogachtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for hoogachten:
Verb | Related Translations | Other Translations |
högakta | achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren |