Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. opnieuw benoemen:


Dutch

Detailed Translations for opnieuw benoemen from Dutch to Swedish

opnieuw benoemen:

opnieuw benoemen verbe

  1. opnieuw benoemen (herbenoemen; herplaatsen; herkiezen)
    återvälja; återanställa
    • återvälja verbe (återväljer, återvalde, återvalt)
    • återanställa verbe (återanställer, återanställde, återanställt)

Translation Matrix for opnieuw benoemen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
återanställa herbenoemen; herkiezen; herplaatsen; opnieuw benoemen
återvälja herbenoemen; herkiezen; herplaatsen; opnieuw benoemen

Related Translations for opnieuw benoemen