Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. performen:


Dutch

Detailed Translations for performen from Dutch to Swedish

performen:

performen verbe

  1. performen (spelen; optreden)
    uppträda
    • uppträda verbe (uppträder, uppträdde, uppträtt)

Translation Matrix for performen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
uppträda optreden; performen; spelen acteren; gebeuren; opgevoerd worden; passeren; plaats hebben; plaatsvinden; toneelspelen; voordoen; voorvallen