Summary
Dutch
Detailed Translations for scheppend from Dutch to Swedish
scheppend:
Translation Matrix for scheppend:
Noun | Related Translations | Other Translations |
skapande | creëren; maken; scheppen | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
kreativt | scheppend | inventief; vernuftig; vindingrijk |
skapande | scheppend | creatief |
skapandet | scheppend | creatief |
scheppen:
Conjugations for scheppen:
o.t.t.
- schep
- schept
- schept
- scheppen
- scheppen
- scheppen
o.v.t.
- schepte
- schepte
- schepte
- schepten
- schepten
- schepten
v.t.t.
- heb geschept
- hebt geschept
- heeft geschept
- hebben geschept
- hebben geschept
- hebben geschept
v.v.t.
- had geschept
- had geschept
- had geschept
- hadden geschept
- hadden geschept
- hadden geschept
o.t.t.t.
- zal scheppen
- zult scheppen
- zal scheppen
- zullen scheppen
- zullen scheppen
- zullen scheppen
o.v.t.t.
- zou scheppen
- zou scheppen
- zou scheppen
- zouden scheppen
- zouden scheppen
- zouden scheppen
en verder
- ben geschept
- bent geschept
- is geschept
- zijn geschept
- zijn geschept
- zijn geschept
diversen
- schep!
- schept!
- geschept
- scheppend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for scheppen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
skapande | creëren; maken; scheppen | |
spader | scheppen; schoppen; spades | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
designa | in het leven roepen; maken; scheppen | ontwerpen; stileren |
gräva upp | graven; opdelven; opgraven; scheppen | afgraven; opduikelen; opscharrelen; opsnorren; rooien; uitgraven |
gräva ut | graven; opdelven; opgraven; scheppen | |
konstruera | in het leven roepen; maken; scheppen | bedenken; fantaseren; ontwerpen; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden |
skapa | in het leven roepen; maken; scheppen | concipiëren; fatsoeneren; formeren; kneden; maken; modelleren; ontwerpen; vervaardigen; vormen; vormgeven |
skeda | lepelen; scheppen | |
uppfinna | in het leven roepen; maken; scheppen | bedenken; fantaseren; uitdenken; uitvinden; verdichten; verzinnen; voorwenden |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
skapande | creatief; scheppend |
Related Words for "scheppen":
Synonyms for "scheppen":
Related Definitions for "scheppen":
Wiktionary Translations for scheppen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• scheppen | → skapa | ↔ create — to put into existence |
• scheppen | → skyffla; skotta | ↔ shovel — to move materials with a shovel |
• scheppen | → skapa | ↔ schaffen — etwas künstlerisch oder handwerklich erzeugen |
• scheppen | → komponera | ↔ composer — former un tout de l’assemblage de plusieurs parties, parler des choses physiques et des choses morales. |
• scheppen | → skapa | ↔ créer — tirer quelque chose du néant, faire de rien quelque chose. |
• scheppen | → ösa; hämta | ↔ puiser — Prendre de l’eau dans un puits, dans une rivière, à une source, etc. |