Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. stands:
  2. stand:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for stands from Dutch to Swedish

stands:

stands [de ~] nom, pluriel

  1. de stands (kraampjes; stalletjes)
    spilta; bås

Translation Matrix for stands:

NounRelated TranslationsOther Translations
bås kraampjes; stalletjes; stands kraam; stalletje; stand; vakje
spilta kraampjes; stalletjes; stands

Related Words for "stands":


stands form of stand:

stand [de ~ (m)] nom

  1. de stand (kraam; stalletje)
    stånd; marknadsstånd; bås
  2. de stand (maatschappelijke klasse; klasse; rang; orde; slag)
  3. de stand (stand op jaarbeurs)
    stånd
  4. de stand (niveau; plan; laag; peil)
    nivå
  5. de stand (lichaamshouding; houding; standje; pose)
    hållning; postyr

Translation Matrix for stand:

NounRelated TranslationsOther Translations
bås kraam; stalletje; stand kraampjes; stalletjes; stands; vakje
hållning houding; lichaamshouding; pose; stand; standje figuur; gedaante; postuur; uiterlijk
marknadsstånd kraam; stalletje; stand kraampje
nivå laag; niveau; peil; plan; stand dimensieniveau; echelon; geleding; graad; klasse; laag; niveau; peil
postyr houding; lichaamshouding; pose; stand; standje
social klass klasse; maatschappelijke klasse; orde; rang; slag; stand
stånd kraam; stalletje; stand; stand op jaarbeurs erectie; kraampje; marktkraam; stijve

Related Words for "stand":


Related Definitions for "stand":

  1. hoe het is of hoe het staat1
    • hoe is de stand van de maan?1
  2. rang of plaats in de maatschappij1
    • hij hoort bij de werkende stand1

Wiktionary Translations for stand:


Cross Translation:
FromToVia
stand stånd estate — historical: major social class or order of persons
stand poängsumma score — number of points earned
stand höjd altitude — géographie|fr hauteur d'un lieu par rapport au niveau de la mer.
stand klass classe — groupe
stand ställning; position positionsituation dans une structure, place dans un ensemble de coordonnées ; lieu, point où une chose place, situation.
stand stånd état — Disposition de quelqu’un, de quelque chose