Dutch
Detailed Translations for ter overweging geven from Dutch to Swedish
ter overweging geven:
ter overweging geven verbe (geef ter overweging, geeft ter overweging, gaf ter overweging, gaven ter overweging, ter overweging gegeven)
-
ter overweging geven (voorleggen)
Conjugations for ter overweging geven:
o.t.t.
- geef ter overweging
- geeft ter overweging
- geeft ter overweging
- geven ter overweging
- geven ter overweging
- geven ter overweging
o.v.t.
- gaf ter overweging
- gaf ter overweging
- gaf ter overweging
- gaven ter overweging
- gaven ter overweging
- gaven ter overweging
v.t.t.
- heb ter overweging gegeven
- hebt ter overweging gegeven
- heeft ter overweging gegeven
- hebben ter overweging gegeven
- hebben ter overweging gegeven
- hebben ter overweging gegeven
v.v.t.
- had ter overweging gegeven
- had ter overweging gegeven
- had ter overweging gegeven
- hadden ter overweging gegeven
- hadden ter overweging gegeven
- hadden ter overweging gegeven
o.t.t.t.
- zal ter overweging geven
- zult ter overweging geven
- zal ter overweging geven
- zullen ter overweging geven
- zullen ter overweging geven
- zullen ter overweging geven
o.v.t.t.
- zou ter overweging geven
- zou ter overweging geven
- zou ter overweging geven
- zouden ter overweging geven
- zouden ter overweging geven
- zouden ter overweging geven
en verder
- ben ter overweging gegeven
- bent ter overweging gegeven
- is ter overweging gegeven
- zijn ter overweging gegeven
- zijn ter overweging gegeven
- zijn ter overweging gegeven
diversen
- geef ter overweging!
- geeft ter overweging!
- ter overweging gegeven
- ter overweging gevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for ter overweging geven:
Verb | Related Translations | Other Translations |
fria | ter overweging geven; voorleggen | banen; bevrijden; emanciperen; verlossen; vrijmaken; vrijvechten |
föreslå | ter overweging geven; voorleggen | aanraden; aanvoeren; adviseren; duiden op; een voorstel doen; iets aanraden; ingeven; naar voren brengen; opperen; poneren; raden; suggereren; te berde brengen; van raad dienen; voorslaan; voorstellen; wijzen op |
proponera | ter overweging geven; voorleggen | |
väcka förslag om | ter overweging geven; voorleggen |
External Machine Translations: