Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. voortschrijden:


Dutch

Detailed Translations for voortschrijden from Dutch to Swedish

voortschrijden:

voortschrijden verbe (schrijd voort, schrijdt voort, schreed voort, schreden voort, voortgeschreden)

  1. voortschrijden
    fortskrida
    • fortskrida verbe (fortskrider, fortskred, fortskridit)

Conjugations for voortschrijden:

o.t.t.
  1. schrijd voort
  2. schrijdt voort
  3. schrijdt voort
  4. schrijden voort
  5. schrijden voort
  6. schrijden voort
o.v.t.
  1. schreed voort
  2. schreed voort
  3. schreed voort
  4. schreden voort
  5. schreden voort
  6. schreden voort
v.t.t.
  1. ben voortgeschreden
  2. bent voortgeschreden
  3. is voortgeschreden
  4. zijn voortgeschreden
  5. zijn voortgeschreden
  6. zijn voortgeschreden
v.v.t.
  1. was voortgeschreden
  2. was voortgeschreden
  3. was voortgeschreden
  4. waren voortgeschreden
  5. waren voortgeschreden
  6. waren voortgeschreden
o.t.t.t.
  1. zal voortschrijden
  2. zult voortschrijden
  3. zal voortschrijden
  4. zullen voortschrijden
  5. zullen voortschrijden
  6. zullen voortschrijden
o.v.t.t.
  1. zou voortschrijden
  2. zou voortschrijden
  3. zou voortschrijden
  4. zouden voortschrijden
  5. zouden voortschrijden
  6. zouden voortschrijden
diversen
  1. schrijd voort!
  2. schrijdt voort!
  3. voortgeschreden
  4. voortschrijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for voortschrijden:

VerbRelated TranslationsOther Translations
fortskrida voortschrijden