Home ->Dictionaries ->Swedish/Dutch ->Search: timme

Swedish and Dutch Search Results for: timme

Summary

Swedish to Dutch: more detail...

timme:
- uur; tijdsbestek van een uur; les; lesuur
Wiktionary:
- timme → uur
- timme → stonde, uur

Swedish

Detailed Translations for timme from Swedish to Dutch

timme:

timme [-en] nom

timme
het uur; tijdsbestek van een uur
- uur [het ~] nom
- tijdsbestek van een uur [znw.] nom
timme (lektion)
de les; het lesuur
- les [de ~] nom
- lesuur [het ~] nom

Translation Matrix for timme:

Noun	Related Translations	Other Translations
les	lektion; timme	instruction; kurs; lektion; lärande; läxa; undervisning
lesuur	lektion; timme
tijdsbestek van een uur	timme
uur	timme

Synonyms for "timme":

timma

Wiktionary Translations for timme:

timme

noun

een eenheid van tijd die bestaat uit 60 minuten
- uur → timme

Cross Translation:

From	To	Via
• timme	→ stonde; uur	↔ hour — time period of sixty minutes
• timme	→ uur	↔ Stunde — Zeiteinheit, entspricht dem 24. Teil eines Tages
• timme	→ uur	↔ heure — Unité de mesure du temps

Related Translations for timme